• Men is tijdig op de training en tracht deze volledig mee te doen.
  • Als men de dojo(de zaal waar de mat ligt) binnenkomt zal men niet luidruchtig zijn, niet eten of drinken (met uitzondering van water, NIET op de tatami (mat)).
  • Men zal rechtstaand groeten als men op de mat komt of deze verlaat.
  • Beleefdheid is een noodzaak op de mat, nooit is men de oorzaak van ongenoegen.
  • Respect voor de hogere graden en hulpvaardig aan lagere graden is noodzakelijk.
  • Als men niet werkt, zorgt men dat de kledij in orde is, plaatst men zich in de juiste rusthouding en observeert men de collega’s. Praten op de mat moet vermeden worden.
  • Dient men de mat te verlaten, dan vraagt men eerst de toelating aan de trainer en aan de lesgever.
  • Uit respect voor de partner en zichzelf (judo is een contactsport) moet men het lichaam en de kledij zuiver en verzorgd houden. Er zorg voor dragen dat de kledij voldoet aan de eisen van het wedstrijdreglement. Onder de judogi dragen de heren geen andere kledij, de dames dragen een wit T-shirt onder hun judopak.
  • Nagels van handen en voeten zijn kort geknipt. Geen scherpe voorwerpen zoals ringen, oorbellen, armbanden worden gedragen. Dit alles om een partner niet te kwetsen.
  • Verwonding dient men onmiddellijk te verzorgen om besmetting en bevuilen van mat en partners te vermijden.